De dagen zijn kort op Hawaï, de planning moet strak: alles wat een atleet doet is best netjes vooraf bepaald. “Ik deed woensdagochtend nog een korte zwemtraining. We kozen voor een andere plek in de buurt, ‘Two Step’ heet die. De dolfijnen waren dit keer wél op de afspraak. Het is zalig om ertussen te zwemmen.”
’s Middags had Hannes een afspraak bij Tom van à Bloc, de mecanicien van de Belgische delegatie. “Die deed nog de laatste finetuning van de fiets. Daarna was het tijd voor de officiële registratie als deelnemer. Je krijgt het exclusieve gele polsbandje om waarmee je aan de start moet verschijnen. Da’s toch altijd een punt waarop het besef helemaal indaalt dat ‘het voor echt is’. De spanning stijgt stilaan, je voelt het aan alles: aan de sfeer in Kona, aan de mensen om je heen en niet in het minst aan je eigen lijf…”
Donderdagochtend, zelfde routine: opstaan rond 6 uur, ontbijt op het terras (havermoutcornflakes, toast met confituur, fruitsap – geen koffie meer de laatste tijd, “da’s eventjes lastig maar de cafeïne heeft dan meer effect tijdens de wedstrijd”), nog even het materiaal inspecteren en klaarmaken voor de volgende training. Het is dan nog maar 8 uur. “Ik ging even loslopen, opnieuw op Energy Lab. We lopen daar dit keer langer in dan tijdens de voorgaande edities. ’t Is een grote open vlakte, je hebt er geen beschutting tegen de brandende zon. Voor velen staat daar de man met de hamer klaar. Nu was het bewolkt en onder de dertig graden… mocht het zaterdag zo’n weer zijn, dan ben ik er zeker van dat ik een sterke afsluitende marathon kan lopen. We zullen zien.”
Daarna is het rusten, het minst romantische deel van het topsportleven. “We gingen na het lopen nog even reuzeschildpadden spotten op het strandje verderop. Terug thuis heb ik naar alle afleveringen van ‘Breakfast with Bob’ gekeken. Bob is legendarisch, hij interviewt elke dag een kandidaat-winnaar. Ik sloot de dag af met de officiële Ironmanbriefing. Een must voor wie zijn deelname ernstig neemt.”